dinsdag 29 maart 2011

Kopzorgen

Met luide stem en op de meest kinderachtige, denigrerende toon denkbaar: "Zo meneertje. Zullen wij eens lekker een stukje gaan wiebelewiebelewandelen. Ja, dat is goed voor meneertje koekepeertje. Ow wacht. Ik zie dat u nog zit te plassen. Ja u moet wel doorplassen hoor, want over 10 minuten zit mijn diensttijd er op. En dan kan u dus niet meer een fris neusje halen. Nee, dat kan niet. Wat hoor ik? Ow, u moet ook nog roggelen. Ja, nee dan gaat het echt over hoor. Morgen weer een dag." Ik heb dit maar een ietsiepiezelepietsie aangedikt, maar I kid you not! Dit doen zusters op de stroke unit in... ik ga het gewoon zeggen, het Antonius Ziekenuis in Overvecht. Lekker rustgevend, lekker respectvol. Slaap ik even lekker dat die Nurse Ratched bij mijn opa in de buurt komt. Als zij aan de beurt is, kom ik haar wel een bloemsiewoemsie brengen.

A trip down memory lane

Wat een uurtje file en een belletje naar pake en mamslief al niet teweeg kan brengen. Hoe was het vroegah op de weg? Vroeger reed je nog met een pop op de bijrijdersstoel om over de carpoolstrook te kunnen. Vroeger stonden zakenlullo's op parkeerhavens bij een kermit-greenpoint mobiel te bellen. Vroeger liep je naar een praatpaal. Vroeger stond er een gebreide muts op de hoedenplank met een wc-rol eronder verstopt. En echt vroeger? Toen deed je aan bermtoerisme. Klapstoeltjes, windscherm en een thermoskan met leut mee. En 'carspotten' maar. Dat heette toen nog auto's kijken. Simka's enzo. Soms moest je zelf weer in de auto stappen, want als iedereen op elkaar zat te wachten kwam er geen auto meer langs. En kwam er echt even niets, dan ging je badmintonnen. Vroeger had je geen filenieuws, toen stond je er gewoon in. Soms. Maar bij de Berenkuil ging het echt los. Het knelpunt der knelpunten en dus de hotspot voor bermtoerisme. Vroeger hoefde je met je rijexamen niet achteruit in parkeren, want er was altijd plek. Vroeger had je geen buitenspiegel, er reed toch niemand achter je.